Titel: Het Archinowplatform
Ondertitel: Voorwoord bij de fragmenten uit de vertaling van het Archinowplatform
Onderwerp: platformisme
Datum: 1976
Bron: Maatstaf [tijdschrift], Jaargang 24
Notities: *** Voorwoord bij de fragmenten uit de vertaling van het Archinowplatform *** Het Organisatorisch Platform van de Anarchisten

Voorwoord bij de fragmenten uit de vertaling van het Archinowplatform

Het Organisatorisch Platform van de Anarchisten

De russische anarchisten die de meedogenloze uitroeiing van de strijdgroepen van Machno wisten te overleven en vervolgens aan de terreur van de Tcheka konden ontkomen, hebben zich voor een deel in Parijs gevestigd. Daar stichtten zij een anarchistische groep in ballingschap, waarin behalve Nestor Machno zelf vooral zijn oude strijdmakker en leermeester uit de Moskouse Butyrki-gevangenis Petr Andreevich Archinow aktief was. Deze groep heeft via haar krant Dielo Trouda (Zaak van de Arbeiders) analyses en historische studies gepubliceerd over de russische revolutie, de afleidingsmanoeuvres door de bolsjewiki, de stelselmatige Tchekaterreur, de zuivering van libertaire kommunisten in Rusland. De anarchisten in ballingschap voerden intensieve diskussie over het falen van de russische anarchisten tegenover de bolsjewiki de strijdorganisaties van de arbeiders te beschermen en te verbinden. De Dielo Trouda groep konkludeerde dat dit falen allereerst een kwestie van organisatorische zwakte, van gebrek aan eensgezindheid en verbinding van de talrijke anarchistische strijdgroepen in Rusland sinds 1905 moest zijn geweest. Uit deze analyses ontstond een organisatorisch konsept, dat bekend werd als het Archinow-platform. Deze tekst is in anarchistische kringen zeer slecht gevallen. Volin, Berkman, Goldman en Malatesta hebben er scherp stelling tegen genomen en Archinow militarisering van het anarchisme verweten. Niettemin is het Archinowplatform, dat van 1926 stamt, bijna een halve eeuw later opnieuw in Parijs boven water gekomen. Na de ervaringen van mei/juni 1968 hebben vele jonge Franse anarchisten de ‘ingeslapen’ Féderation Anarchiste de rug toegekeerd en zich voornamelijk op basis van een aangepaste en uitgewerkte versie van het Archinowplatform verenigd in de Organisation Revolutionnaire Anarchiste (ora). De Franse ora is momenteel de enige Westeuropese anarchistische organisatie die daadwerkelijk klassestrijd voert en vaste voet in de arbeidersbeweging heeft gezet. De klassebasis en de strijdresultaten van de Franse ora, en in mindere mate van de Britse ora, beginnen weerklank te vinden in kringen van Zweedse, Nederlandse en Westduitse anarchisten die de inertie en ‘intellektuele impotentie’ van het anarchisme ‘als evangelie, als mooie filosofie’ langzamerhand beu worden. De verloedering van het anarchisme als idee heeft in Nederland de merkwaardige variant van het ‘ppr-anarchisme’ opgeleverd, de inkapseling van de buiten-parlementaire aktiegroep à la Roel van Duyn in het autoritaire partijwezen. Maar van het pseudo-anarchistische parlementarisme in de ppr naar het libertaire of anarcho-kommunisme van de ora is gelukkig nog een heel eind. Feit is, dat een duidelijke heroriëntering aan de gang is bij de anarchisten van vandaag en dat deze voornamelijk uitgaat naar nieuwe vormen van organisatie. De oorzaken daarvan zijn in dit bestek niet aan te geven, ze hebben onder meer te maken met de groeiende invloed van autoritaire (leninistische en trotzkystische) tendenzen in de antireformistische beweging en met de ervaringen van de anarchistische beweging in West-Duitsland, die - ook zonder expliciet gewapende strijd voor te staan - al jaren noodgedwongen in de illegaliteit moet opereren.

Dit soort ontwikkelingen zijn het, die een nu vijftig jaar oude tekst als het Archinowplatform in zekere zin opnieuw aktueel maken, zonder overigens tot overschatting ervan uit te lokken. Want op het vlak van organisatorische konsepten hebben de ervaringen met de anarchistische kollektieven in de Spaanse revolutie - tien jaar na de totstandkoming van dit platform - duidelijker taal gesproken dan ooit in de geschiedenis van de arbeidersbeweging. Maar de aktualiteit van de tekst ligt ook in de zelfkritiek van de anarchistische beweging, die in veel opzichten nog steeds, opnieuw en zelfs versterkt geldt. Deze komt weliswaar vooral in het uitgebreide, hier niet gepubliceerde, gedeelte aan de orde, maar de nu volgende inleiding op het platform geeft er reeds de nodige stalen van. Het daarna afgedrukte organisatorische gedeelte heeft vooral op het punt van de voorhoede-gedachte kritiek ondervonden. De ora heeft de voorhoederol uiteraard eveneens afgewezen: ‘wij willen alleen instrument van arbeidersaktie zijn’. Daar kan het ook alleen maar om gaan.

De volledige tekst van het Archinowplatform verschijnt in oktober 1976 bij Pamflet, Groningen. Zie het overzicht van anarchisme-publikaties elders in Maatstaf.

Inleiding

Het is veelbetekenend dat de anarchistische beweging zwak blijft en zich in de geschiedenis van de arbeidersstrijd meestal als een faktor van gering belang heeft gemanifesteerd, ondanks de kracht en het onbetwistbaar positieve karakter van libertaire ideeën, ondanks de juistheid en integriteit van anarchistische standpunten ten aanzien van de sociale revolutie, ondanks ook het heldendom en de ontelbare offers die anarchisten in de strijd voor het libertaire kommunisme hebben gebracht. Deze tegenstelling tussen de positieve en onbetwistbare deugdelijkheid van libertaire ideeen enerzijds en de miserabele staat van vegetatie waarin de anarchistische beweging verkeert anderzijds, is te verklaren vanuit een aantal oorzaken waarvan de voornaamste het ontbreken van organisatorische richtlijnen betreft.

In vrijwel alle landen ontpopt de anarchistische beweging zich in lokale organisaties die doorgaans tegenstrijdige opvattingen in theorie en praktijk vertolken, zonder tastbare perspektieven voor de toekomst of ook maar enige kontinuïteit in de strijdbare aktie. Gewoonlijk gaan zulke groepen dan ook spoedig de mist in. Een dergelijke deplorabele toestand van het revolutionair anarchisme kan niet anders dan als ‘chronische desorganisatie’ worden aangemerkt. Deze desorganisatieziekte heeft zich als gele koorts in het organisme van de anarchistische beweging genesteld en er decennia lang huisgehouden. Dat dit mogelijk is geweest valt ongetwijfeld te verklaren uit bepaalde theoretische manko's, waarvan met name de onjuiste interpretatie van het individualisme-beginsel binnen het anarchisme genoemd kan worden, waar dit beginsel immers al te vaak verward werd met het ontbreken van verantwoordelijkheid. De aanhangers van deze interpretatie exploiteren dit beginsel van individualisme in feite voor zichzelf als excuus voor de chaotische toestand van de anarchistische beweging, daarbij krampachtig verwijzend naar de zogenaamd onveranderlijke uitgangspunten van het anarchisme en zijn voormannen. Maar de ‘onveranderlijke’ uitgangspunten en de voormannen laten juist het tegengestelde zien: versnippering van krachten werkt ruïneus, terwijl hechte vereniging dynamisch is. Dit vereiste voor sociale strijd geldt evenzeer voor klassen als voor organisaties.

Anarchisme is noch een utopie noch een abstrakt filosofisch idee. Anarchisme is een sociale beweging van de werkende massa. Daarom moet het zijn krachten bundelen in voortdurende agiterende organisatie op basis van de reële en strategische eisen van arbeidersstrijd. In zijn inleiding bij Bakoenin's brochure over de Commune van Parijs (editie van 1892) stelt Kropotkin al: ‘Wij zijn ervan overtuigd dat de formatie van een anarchistische organisatie in Rusland wenselijk, zelfs uitermate noodzakelijk is en allerminst afbreuk doet aan de algemene revolutionaire taak’. Ook Bakoenin zelf keerde zich nooit tegen het concept van een algemene anarchistische organisatie. Zowel zijn aspiraties ten aanzien van organisaties als zijn aktiviteiten in de iwma[1] geven ons integendeel het volste recht hem te beschouwen als een aktief voorstander van juist zo'n organisatie. In het algemeen hebben trouwens vrijwel alle aktieve anarchisten gevochten tegen versnippering en hun hoop gesteld op een anarchistische beweging die door eenheid van doel en middelen aaneengesmeed zou zijn. Tijdens de Russische revolutie van 1917 werd de behoefte aan een algemene organisatie het sterkste gevoeld. Op dat moment vertoonde de libertaire beweging enorme verdeeldheid en verwarring. Het ontbreken van een algemene organisatie dreef heel wat anarchistische aktivisten in de bolsjewistische rijen. Dit ontbreken is ook nu de oorzaak van de passiviteit van vele strijdbare anarchisten die een optimale inzet van hun krachten - die vaak aanzienlijk zijn - belemmerd zien. We hebben enorme behoefte aan een organisatie die de meerderheid van de betrokkenen in de anarchistische beweging omvat en een algemene, taktische en politieke lijn in het anarchisme brengt die zou moeten dienen als leidraad voor de hele beweging. Het wordt tijd dat het anarchisme het moeras van de desorganisatie verlaat, een eind maakt aan de eindeloze aarzelingen omtrent de belangrijkste taktische en theoretische problemen, resoluut gaat werken aan een duidelijk herkenbaar doel en een georganiseerde kollektieve praktijk tot stand gaat brengen. Maar het is niet genoeg om de absolute noodzaak van een dergelijke organisatie vast te stellen: we moeten ook de methode voor haar vorming uitwerken.

Het ‘synthese-concept’, de hereniging van representanten van diverse stromingen binnen het anarchisme, verwerpen we als theoretisch en praktisch ongerijmd. Een dergelijke organisatie, die in theoretisch en praktisch opzicht uitgesproken heterogene elementen zou inkorporeren, zou maar een mechanische verzameling van individuen zijn die stuk voor stuk een andere conceptie hebben van de anarchistische problemen. Op het kritieke moment zou zo'n club onvermijdelijk uit elkaar spatten.

Ook de anarcho-syndikalistische methode lost het probleem van anarchistische organisatie niet afdoende op, door er namelijk geen prioriteit aan te verlenen en zich alleen te interesseren in infiltratie en de verovering van een krachtige positie in het industriële proletariaat. Op dit terrein kan evenwel geen werkelijk resultaat worden geboekt zonder een algemene anarchistische organisatie.

Volgens ons is de enige methode die naar de oplossing van het probleem van algemene organisatie leidt het verenigen van aktieve anarchistische strijders op basis van exacte posities; theoretisch, taktisch en organisatorisch op basis van een homogeen programma. Het uitwerken van zo'n programma is een van de belangrijkste taken die de sociale strijd van de afgelopen jaren aan anarchisten heeft opgelegd. Het is ook deze taak, waaraan de groep russische anarchisten in ballingschap een groot deel van haar krachten wijdt.

Het ‘Organisatorische Platform’ dat wij hier aanbieden geeft de grote lijnen van zo'n programma aan. Het zou moeten dienen als de eerste stap naar de vereniging van libertaire krachten in één aktief en strijdbaar revolutionair kollektief: de Algemene Anarchistische Bond. Zonder twijfel zullen er lacunes in dit platform blijken te zitten, zoals nu eenmaal alle nieuwe concepten kinderziektes vertonen. Mogelijk ontbreken bepaalde stellingen, zijn andere ontoereikend uitgewerkt en zijn weer andere te gedetailleerd of zichzelf herhalend. Mogelijk, maar niet van vitaal belang. Belangrijk is het aangeven van de grondslagen van algemene organisatie; daarin althans bedoelt dit platform te voorzien. Het is aan het uiteindelijke kollektief, de Algemene Anarchistische Bond, dit alles uit te breiden, de verder noodzakelijke diepgang te verschaffen en er een definitief platform voor de gehele anarchistische beweging van te maken.

Op een ander niveau hebben we overigens evenmin twijfels: we voorzien dat representanten van het zogenaamde individualisme en van het chaotische anarchisme ons schuimbekkend zullen attaqueren en zullen beschuldigen van aanranding van anarchistische beginselen. We weten evenwel dat deze individualistische en chaotische elementen onder ‘anarchistische beginselen’ politieke onverschilligheid, verwaarlozing en gebrek aan verantwoordelijkheid verstaan en dat deze faktoren bijna ongeneeslijke scheuringen in onze beweging hebben veroorzaakt. Daartegen vechten wij juist met alle energie en hartstocht die in ons is. Vandaar dat we aanvallen uit dit kamp bij voorbaat gelaten over ons heen zullen laten gaan. We vestigen onze hoop op andere strijders, die trouw blijven aan de essentie van het anarchisme, maar de tragedie van de anarchistische beweging hebben meegemaakt en daaronder gebukt gaan; op die strijders die moeizaam naar een uitweg zoeken. En daarnaast vestigen we onze hoop op de jonge anarchisten die, geboren in de adem van de russische revolutie en dadelijk midden in konstruktieve problemen verzeild, vast en zeker de realisatie van positieve en organisatorische uitgangspunten in het anarchisme zullen eisen.

Alle anarchistische organisaties als verspreid over de verschillende landen ter wereld alsmede alle geïsoleerde anarchistische strijders nodigen wij uit zich te verenigen op basis van dit algemene organisatorische platform. Laat dit platform dienen als revolutionaire ruggegraat, als trefpunt van de anarchistische beweging. Laat het de basis vormen van de Algemene Anarchistische Bond.

Lang leve de sociale revolutie van alle arbeiders ter wereld!

De Dielo Trouda groep. Parijs, 20 juni 1926.

Organisatorisch gedeelte

De algemene konstruktieve stellingen zoals die in het voorgaande gedeelte aan de orde zijn gekomen vormen het organisatorische platform van de revolutionaire krachten binnen het anarchisme. Dit platform bevat een theoretische en taktische oriëntatie en lijkt ons als zodanig de minimale basis waarop alle aktivisten van de anarchistische beweging zich noodzakelijkerwijze kunnen organiseren. Het bedoelt dan ook alle krachtige elementen van de anarchistische beweging in één algemene organisatie bijeen te brengen, aktief en agiterend op permanente basis: de Algemene Anarchistische Bond. De energie van alle strijdbare anarchisten zou gericht moeten zijn op het tot stand komen van deze organisatie.

Fundamentele beginselen van een Algemene Anarchistische Bond zouden moeten zijn:

#1-theoretische-eenheid

1. Theoretische eenheid

De theorie stelt de kracht voor die de aktiviteiten van personen en groepen langs een bepaalde weg naar een vastgesteld doel leidt. Uiteraard moet dit doel voor alle in de Algemene Bond georganiseerde groepen en personen gemeenschappelijk zijn. Iedere aktie van de Algemene Bond zou zowel in totaliteit als in details in volledige overeenstemming moeten zijn met de theoretische uitgangspunten.

#2-taktische-eenheid-kollektieve-aktie

2. Taktische eenheid, kollektieve aktie

De taktische methodieken van de afzonderlijke groepen en personen van de Bond dienen evenzo van eenheid te getuigen, dat wil zeggen niet alleen onderling maar ook met de algemene theorie en taktiek van de Bond in absolute overeenstemming. Een gemeenschappelijke taktische lijn in de beweging is van doorslaggevend belang voor het bestaan van zowel de beweging als de organisatie: zij voorkomt het fatale effekt dat tegenstrijdige taktieken kunnen sorteren, konsentreert alle krachten van de beweging en levert een gemeenschappelijke richting op, afgestemd op een duidelijk doel.

#3-kollektieve-verantwoordelijkheid

3. Kollektieve verantwoordelijkheid

De gewoonte om voor eigen persoonlijke verantwoordelijkheid op te treden moet scherp veroordeeld worden en uitgebannen uit de rijen van de anarchistische beweging. In zowel sociaal als politiek opzicht zijn de sektoren van de revolutionaire samenleving bovenal uitgesproken kollektief van aard. Sociale revolutionaire aktie in deze sektoren kan dus ook niet gebaseerd worden op persoonlijke verantwoordelijkheid van ongebonden aktivisten. Het uitvoerend orgaan van de anarchistische beweging, de Anarchistische Bond, neemt een vastberaden houding aan tegenover onverantwoordelijk individualisme en introduceert in zijn rijen het beginsel van kollektieve verantwoordelijkheid: de gehele Bond zal verantwoordelijk zijn voor de politieke en revolutionaire aktie van elk lid, zoals ook elk lid verantwoordelijk zal zijn voor de politieke en revolutionaire aktie van de Bond in zijn geheel.

#4-federalisme

4. Federalisme

Anarchisten hebben altijd afwijzend gestaan tegenover centralistische organisaties, zowel op het terrein van de sociale omstandigheden van de massa als in de sektor van de politieke aktie. Het centralisme rekent op de tendentiële vermindering van het kritische bewustzijn, van het initiatief en de onafhankelijkheid van het individu; het rekent op de blinde ondergeschiktheid van de massa aan het ‘centrum’. De inherente en onvermijdelijke gevolgen van het centralisme zijn slaafse dienstbaarheid, onderwerping en mechanisatie van het sociale leven en het leven in de partij. Tegenover het centralisme heeft het anarchisme steeds het beginsel van federalisme gesteld en verdedigd. Het federalisme brengt de onafhankelijkheid en het initiatief van individuen en organisatie in overeenstemming met de dienst van de gemeenschappelijke zaak. Met behoud van volledige vrijheid van het individu en met respekt voor zijn exclusieve rechten op een sociaal bestaan, biedt het federalisme elk individu optimale ontplooiingskansen. Maar het federalisme is al te vaak gedeformeerd in de anarchistische rijen: het is te dikwijls uitgelegd als het recht bovenal de eigen ‘ego’ te manifesteren zonder acht te slaan op verplichtingen tegenover de gemeenschap. Deze verkeerde interpretatie heeft onze beweging in het verleden ontregeld. Het wordt tijd dat we daar een eind aan maken, krachtig en onverzettelijk. Federalisme houdt een vrijwillige overeenkomst in van individuen en organisaties om kollektief aan een gemeenschappelijk doel te werken. Zo'n overeenkomst en de federale bond die daarop wordt gebaseerd heeft evenwel alleen levensvatbaarheid op grond van de sine qua non konditie dat alle participanten de op zich genomen taken volbrengen overeenkomstig de gemeenschappelijk genomen beslissingen. In het kader van sociale aktie kunnen geen rechten zonder verplichtingen bestaan, zoals er geen beslissingen kunnen bestaan zonder dat ze ook uitgevoerd worden. Dit ongeacht de kracht van de federale basis. Voor een anarchistische organisatie die claimt slechts taken op zich te nemen die gericht zijn op de sociale verheffing van de arbeiders, geldt dit alles nog temeer. De federale vorm van anarchistische organisatie waarborgt dus niet alleen de rechten van elk lid op onafhankelijkheid, vrije meningsuiting, individuele vrijheid en initiatief maar eist ook van ieder lid dat vastgestelde organisatorische plichten in acht worden genomen en overeengekomen beslissingen worden uitgevoerd. Alleen op deze voorwaarde zal het federalistisch beginsel levensvatbaar blijken te zijn, zal de anarchistische organisatie kunnen funktioneren en op het vastgestelde doel kunnen afstevenen.

Het ontwerp van de Algemene Anarchistische Bond roept het probleem op van de koördinatie van de uiteenlopende aktiviteiten van de verscheidene krachten binnen de anarchistische beweging. Iedere tot de Bond behorende organisatie vertegenwoordigt een vitaal onderdeel van het gemeenschappelijk organisme. Iedere cel zal zijn eigen sekretariaat hebben om de uitvoering en theoretische begeleiding van het politieke en technische werk van de organisatie mogelijk te maken. Voor de koördinatie van aktiviteiten van alle tot de Bond behorende organisaties zou een speciaal orgaan kunnen dienen, het Uitvoerend Komitee van de Bond. Dit komitee zou de volgende funkties hebben: uitvoering van door de Bond genomen en aan het Komitee overgelaten beslissingen; theoretische en organisatorische toetsing van de aktiviteiten der aangesloten organisaties aan de theoretische posities en algemeen taktische lijn van de Bond; verduidelijking van de algemene situatie in de beweging; instandhouding van werkverbanden en organisatorische strukturen tussen de verschillende organisaties binnen de Bond en met die erbuiten. Rechten, verantwoordelijkheden en praktische taken van het Uitvoerend Komitee worden vastgesteld door het Kongres van de Bond.

De Algemene Anarchistische Bond heeft een konkreet en afgebakend doel. In naam van het slagen van de sociale revolutie moet vooral gekozen worden voor de vereniging van de meest revolutionaire en meest kritische elementen onder de arbeiders en de boeren. Als propagandist van de sociale revolutie en bovendien als anti-autoritaire organisatie die een klasseloze maatschappij voorstaat steunt de Algemene Anarchistische Bond op de beide fundamentele klassen van de huidige samenleving: de arbeiders en de boeren. Aan de emancipatie van deze twee klassen wijdt de Bond zijn krachten. Met betrekking tot de vakbonden en de revolutionaire basisorganisaties in de steden zal de Bond wegbereider en theoretische gids zien te worden. Dergelijke taken zullen eveneens opgenomen worden ten aanzien van de uitgebuite boerenbevolking. Analoog aan de rol van de revolutionaire basisgroepen in de vakbeweging zal gestreefd worden naar de opbouw van een netwerk van ekonomische boerenorganisaties en de oprichting van een vakbond van boeren, gebaseerd op anti-autoritaire grondbeginselen.

Ontsprongen aan de basis van de werkende massa, behoort de Algemene Anarchistische Bond deel te nemen aan alle uitingsvormen van de massa en daarbij steeds solidariteit in aktie voorop te stellen. Alleen dan is een goede vervulling van zijn taken, zijn theoretische en historische missie in de sociale revolutie mogelijk, alleen dan kan hij georganiseerde voorhoede van het emancipatieproces worden.

(Vertaling naar de herziene Franse vertaling uit het Russisch: B. Chorus). (Editie ora, Parijs, 1972).

[1] International Working Men's Association, - de Eerste Internationale. (Noot v.d. vert.)